De zorg transformeert snel. Ook de GGZ staat op de drempel van grote veranderingen. Hoe de toekomst eruitziet weet niemand. Wie de GGZ-praktijk van vandaag projecteert in de toekomst, zal er onvermijdelijk naast zitten. Welke actuele trends bestendigen zich verder richting de toekomst, terwijl andere uitdoven als een nachtkaars? Welke betekenis hebben de ontwikkelingen van vandaag voor de hulp-verleningspraktijk van morgen? Wat vraagt het vakgebied van de toekomst van de beroepsuitoefening van verpleegkundig specialisten in de GGZ? En hoe vertaalt zich dit in de opleiding die deze beroepsgroep idealiter krijgt?

Onze professionale toekomst valt onmogelijk te vervatten in een wiskundig algoritme met voorspelbare uitkomst. Het is een dynamisch ontwikkelproces waarvan we uiteindelijk zelf de ontwerpers zijn, al surfend op de voortgaande ontwikkelingen. Tropenkolder biedt je een caleidoscoop van wilde ideeën, die bekende maar ook opzienbarende perspectieven toont. 
Het congres daagt je uit om al deze perspectieven te verkennen en het medeauteurschap te claimen voor de conceptie van een breed gedeeld beeld van ons vakgebied in de GGZ van morgen. Ons vak en de opleiding daarnaartoe maken we samen. 

Thema's die aan bod komen
 

Femke de Boer en Lotte Jacobse van Redesigning Psychiatry: Een ander perspectief op de GGZ in 2030

De zorg staat voor economische en demografische uitdagingen, terwijl tegelijkertijd de onderliggende paradigma’s betreffende diagnosestelling en behandeling ter discussie worden gesteld. Dit biedt de kans om de zorg rondom psychisch welzijn fundamenteel te herzien. Voor velen is het echter lastig om buiten het huidige systeem te denken. Dat is de reden waarom Redesigning Psychiatry is ontstaan; een innovatienetwerk van ontwerpers en filosofen die samen een aantal innovatieve organisaties werken aan de ggz van morgen. Zij anticiperen op de toekomst in plaats van te focussen op de problemen van vandaag. In deze sessie nemen ontwerpers Femke de Boer en Lotte Jacobse je mee naar de wereld van 2030. Welke technologische, economische, culturele en sociale veranderingen kunnen we verwachten die relevant zijn voor ons psychisch welzijn? Welke zorg is er dan nodig? En waarom? Ze hebben de waarheid niet pacht maar nemen je mee naar de uitdagingen en mogelijke concepten, ideeen en nieuwe beroepen die gaan ontstaan. Wat betekent dat voor de verpleegkundig specialist?

Daan Josee - Architectuur: Bouwen voor de ggz: van opbergen naar herbergen

De mens wordt toenemend omringd door sferen die eigenlijk geen vertrouwde vorm of herkenbaarheid meer hebben. Het weefsel van internet en apps is altijd nabij maar tegelijkertijd weinig solide en zeker niet tactiel. Als je er tegenaan leunt, zak je er zo doorheen. Voor de meeste gezonde mensen is het al een uitdaging om zichzelf in zo’n wereld nog terug te vinden. Voor de extra kwetsbare psychiatrisch patiënten is het een regelrechte aanslag. Vanuit de mensopvatting als wezen dat tegelijkertijd behoefte heeft aan vrijheid en veiligheid, is de vraag wat architectuur kan doen om in het bijzonder de kwetsbare mens een onderkomen te bieden waarin hij zich veilig en plezierig voelt. Architect Daan Josee opent voor zijn toehoorders een raam naar de onvermoede rol van architectuur bij de dagelijkse zelf- en wereldervaring van de mens, en de manier waarop ggz-gebouwen op zichzelf een argeloze vorm van zorg bieden.

Jaap Sijmons: Dwang en zelfbeschikking in de ggz

Op 23 januari 2018 heeft de Eerste Kamer de Wet verplichte ggz aangenomen: een wet die ervoor zorgt dat ook extramuraal verplichte behandeling en medicatie kan worden opgelegd. De Wet verplichte ggz zal per 1 januari 2020 de huidige BOPZ vervangen. Jaap Sijmons vindt het een mooi idee dat mensen minder opgenomen hoeven te worden en behandeling kunnen krijgen in hun vertrouwde leefomgeving. Maar hoe gaat zoiets als opgelegde medicatie er in de praktijk uitzien? Wie gaat ervoor zorgen dat de medicatie wordt ingenomen op het moment dat de patiënt deze weigert? Hoe kan de veiligheid van de uitverkoren zorgverlener in dat proces worden geborgd? Is een qua locatie en personele inzet minder geconcentreerde zorgorganisatie wel voldoende in staat zicht te houden op de actuele toestand van patiënten, om indien nodig tijdig op te schalen? Tijdens zijn sessie zal Jaap Sijmons ingaan op dit soort vragen en neemt hij de zaal mee in de kansen en uitdagingen die hij ziet voor de ggz-verpleegkundig specialist in de toekomst.

Martin Sitalsing: De politiechef, de ggz-bestuurder & de zaak van de verwarde personen

Verwarde personen – nieuwe perspectieven op samenwerking tussen de ggz en de politie

De politie kreeg het afgelopen jaar ruim achtduizend meldingen meer over verwarde personen dan in 2016. Het aantal meldingen loopt al jaren op. In deze sessie reflecteert Martin Sitalsing op deze verontrustende trend. Als voormalig korpschef bij de politie kijkt hij vanuit het veiligheidsperspectief. Als ggz-bestuurder vraagt hij zich af of er een grens is aan de ambulantisering. Wat kan de samenleving aan? En wat is de oplossing voor mensen die tussen de wal en het schip vallen? Sitalsing vindt het vraagstuk van de verwarde personen een gezamenlijke verantwoording, maar ziet tegelijkertijd dat zowel de politie als de ggz zich terugtrekt in hun eigen domein. ‘We zijn de dakpannen kwijt waar de vakgebieden elkaar overlappen,’ stelt hij. De oplossing ligt volgens hem in het primaire proces, bij de agent en de hulpverlener. In de regio Groningen stuurt hij ze samen op pad en opende Lentis een crisisbeoordelingslocatie (CBL) om te voorkomen dat mensen met acute psychiatrische problematiek in de politiecel belanden. Wat leveren deze innovaties op? Hoe ervaren agenten en verpleegkundig specialisten de samenwerking? En waarom gebeurt dit eigenlijk niet op meer plekken in Nederland?

Peter-Paul Verbeek: Het algoritme als nieuwe metgezel

Een app die aan de hand van stemanalyse tot veertien dagen van tevoren een depressie of een psychose ziet aankomen. Voor de patiënt in de gaten heeft dat hij aan het afglijden is, geeft de app een seintje. We staan aan de vooravond van dit soort grote veranderingen, waarbij data, technologie en algoritmes een prominente rol krijgen in het leven van elke (aspirant-)patiënt. In deze sessie exploreert techniekfilosoof Peter-Paul Verbeek de technologische ontwikkelingen in de ggz. Van signaleren tot de diagnostiek en de behandeling. Techniek ziet hij als een middel dat mensen de mogelijkheid biedt om zichzelf en anderen beter te begrijpen. Wel wijst hij op het belang van ethiek om de ontwikkeling van nieuwe technologie te begeleiden. Een algoritme dat een psychische aanval of terugval voorspelt, is niet alleen een slimme thermometer, er zit een interpretatiekader in verwerkt en een norm over wat goede zorg is en wat niet. Wat is bijvoorbeeld het moment dat je ingrijpt? Op welke manier? Hoeveel verantwoordelijkheid draagt de patiënt? En kun je de balans tussen afhankelijkheid en autonomie direct meenemen in het ontwerp van de app? Verbeek staat bekend om zijn standpunt dat mens en techniek geen tegengestelde, elkaar uitsluitende entiteiten zijn. Hij stelt dat de mens een intrinsiek technisch wezen is die altijd gebruik heeft gemaakt van techniek om het leven vorm te geven. De angst dat algoritmes ons werk overnemen, ziet hij als een weigering om te aanvaarden dat ze een rol gaan spelen. Een tip die toehoorders zeker zullen meekrijgen: kijk een algoritme in de ogen, onderzoek waar je bang voor bent en accepteer het algoritme als een nieuwe metgezel waarmee je samen de zorg kunt verbeteren.

Anna-Linde Schermerhorn en Reina Fennema: Apps en virtual reality in de hulpverlening

De aanwezigheid van techniek en digitale functies om ons heen nemen een vlucht: in het tijdsbestek van enkele jaren zijn apps die ons via onze telefoon en andere apparatuur ondersteunen, niet meer weg te denken uit ons dagelijks leven. Ook op het vlak van de ggz is er inmiddels veel aanbod aan apps voor zelfhulp of virtual reality ondersteuning bij therapie. Het aanbod is alleen zo groot en versnipperd dat het voor de individuele professional bijna niet te doen is om bij te houden wat er allemaal beschikbaar is en wat hij daaruit het meest nodig heeft. Bovendien gaat de trend van digitalisering en ‘veronline-isering’ gepaard met een veranderende rol van de zorgprofessional ten opzichte van zijn patiënt. De behandelaar wordt minder de poortwachter van informatie en behandellijnen maar meer de deskundige metgezel van de patiënt in een verkenning van de mogelijkheden die bij zijn behoeften aansluiten. Een fascinerende maar zeker ook spannende verschuiving. Want hoe geef je vorm aan een veranderende behandelrelatie onder invloed van technologie en apps? Hoe beoordeel je de kwaliteit van een optie waar de patiënt zelf mee aankomt en hoe houd je zicht op wat een app thuis met je patiënt doet? Vervangt de app een deel van het persoonlijke contact, en zo ja, is dat wel wenselijk? Reina Fennema en Anna-Linde Schermerhorn nemen de zaal mee naar de wondere wereld van de e-mental health en geven een doorkijkje naar hoe de mogelijkheden niet alleen hoofdbrekens oplevert, maar vooral veel kan toevoegen aan de werkpraktijk van de ggz-verpleegkundig specialist.

Jim van Os: Behandelen in een tijdperk van co-creatie

De zorg van de toekomst is gebaseerd op een model van co-creatie volgens hoogleraar psychiatrie Jim van Os.
Het is niet de psychiater, de verpleegkundige of de manager die leidend is, maar een model waarin zij samen met de hulpvrager de zorg inrichten. In deze sessie gaat Van Os in op de consequenties die deze ontwikkeling heeft voor de psychiatrie. Hoe maak je het proces van een diagnose stellen tot een co-creatie? Wat is het belang van relaties in het herstel van een patiënt? En hoe ga je van uitsluitend symptoombestrijding naar ook weerbaarheidsbevordering? Na decennia van alles willen weten en meten, benadrukt van Os het belang van verhalen vertellen, relaties opbouwen en een individuele behandeling; de n=1 kunde van het helen. Wat betekent dat voor de verschillende beroepen in de psychiatrie? En hun samenwerking?

Berno van Meijel: Hoe mentaliseren de therapeutisch relatie kan verbeteren

De kunst van de GGZ-verpleegkunde begint met het werken aan de interpersoonlijke relatie met de patiënt, met effectieve interacties en met de intelligente analyse van het verhaal van de patiënt, betoogt professor Berno van Meijel. We zijn dit veel te veel uit het oog verloren, is zijn opvatting. Het perspectief van de patiënt en het authentieke gesprek over diens beleving en wensen vormt de essentie van de GGZ-verpleegkundige zorgverlening. Van Meijel biedt hiermee tegenwicht aan opvattingen in de beroepsgroep die juist veel nadruk legt op het grote belang van verpleegkundige diagnostiek en classificatiesystemen (en andere vormen van formalistische praktijkvoering). Quasi-professionaliteit, noemde Van Meijel het uitdagend in de oratie die hij uitsprak toen hij in 2014 werd benoemd tot bijzonder hoogleraar GGZ-verpleegkunde. In deze sessie gaat hij in op hetgeen waar volgens hem de meeste kwaliteitswinst is te halen in de verpleegkundige zorg: effectieve interacties en communicatie met de patiënt. Hij introduceert het principe van mentaliseren – een methode gericht op het beter begrijpen van gevoelens, gedachten en bedoelingen van anderen en jezelf – en laat aan de hand van concrete casussen zien hoe dit in de GGZ-verpleegkundige praktijk kan worden toegepast. En welke uitkomsten dit op kan leveren. Een revival van het denken van de moeder van de GGZ-verpleegkunde, Hildegard Peplau.